Zoo Antwerpen heeft 132 kwastvinsnoeken gered van de dood. De roofvissen waren met een legaal transport onderweg van Afrika naar Azië maar de dieren strandden op de luchthaven van Zaventem. De inspecteur-dierenarts oordeelde dat er zo snel mogelijk een oplossing moest komen voor de vissen. In overleg met de diensten Dierenwelzijn van de Vlaamse overheid besliste Zoo Antwerpen de vissen op te vangen.

De vissen kwamen uit Kameroen en waren onderweg naar Azië. “De verpakking was initieel volgens de normen”, zegt Philippe Jouk, marinebioloog bij ZOO Antwerpen. “Maar omdat de dieren al zo lang onderweg waren, was het water erg vervuild en bevatte het bijna geen zuurstof meer.” Door een administratief probleem strandde het transport in Brussel in plaats van via de luchthaven van Frankfurt door te vliegen. De vertraging zorgde ervoor dat het water waarin de vissen vervoerd werden zo vervuild raakte dat de dieren het niet zouden overleven.

Daarom besliste de Zoo om de 132 kwastvinsnoeken op te vangen in het quarantaine-gedeelte van het Aquarium. Van de roofvissen, tussen 20 en 30 centimeter groot, was op de luchthaven van Zaventem afstand gedaan door de eigenaar. “In onderling overleg werd beslist de dieren in ons Aquarium op te vangen”, gaat Jouk verder. “Wij proberen de overheid altijd te helpen met onze expertise en ervaring. Het ging hier om een legale handel van niet-bedreigde vissen. Er is snel gehandeld in functie van het welzijn voor de vissen.”

Goed onderzoeken

“Vissen uit Afrika worden eerst in quarantaine gehouden”, legt Jouk uit. “Dat is de normale procedure. De kans bestaat dat ze parasieten hebben.” Twaalf dieren overleefden het op de luchthaven al niet. “De 132 vissen die hier arriveerden, zijn allemaal in leven en worden goed verzorgd. Sommigen beginnen al te eten.” Ze worden onderzocht door onze dierenarts en zodra de vissen gezond blijken, worden ze aan andere aquaria in Europa aangeboden. Daarvoor worden al de eerste contacten gelegd. “We hebben de soort zelf niet en houden er een tiental in onze collectie. Het spreekt voor zich dat we er geen 132 kunnen houden.”